Cruisen met de catamaran in Ketchikan

28 juni 2016 - Ketchikan, Alaska, Verenigde Staten

Eerst maar even het weer: vanaf het moment dat we aan boord van de Noordam zijn gegaan hebben we mooi weer gehad. Elke dag een prachtig zonnetje, af en toe wat bewolkt, maar geen druppel regen meer. En dat mooie weer schijnt vrij uniek te zijn voor Alaska: het regent in Ketchikan 300 dagen van het jaar.

We waren dus (dinsdag) in Ketchikan, een van de zuidelijkste stadjes van Alaska. Het viel ons nu pas op dat Alaska in een smalle kuststrook vrij ver zuidelijk langs Canada doorloopt. Ik dacht oorspronkelijk dat de eerste haven nog wel Canadees zou zijn, maar nee, alle havens die we aandoen zijn Amerikaans.

Wat we ook niet verwacht hadden, was dat we nog zolang langs een volkomen groene kust zouden varen. Afgezien van wat witte plukken verderop hoog in de bergen hebben we nog geen sneeuw of ijs gezien.

In Ketchikan wilden we eerst met een jeep, door de wildernis crossen om vervolgens met de kano (met zijn twintigen) naar een eiland te peddelen, waarna een wandeling op het programma stond. Maar omdat ik de jeep zelf moest rijden en we geen autoverzekering hadden voor Amerika, hebben we dat maar niet gedaan. In plaats daarvan hebben we de excursie naar de “misty fjords” genomen. Dat hield in: varen met een supersnelle catamaran jetboot door de baaien en fjorden rond Ketchikan. In deze fjorden stroomt het smeltwater van de sneeuw in de bergen en als het dan ook nog veel geregend heeft (normaal regent het in Ketchikan 160 inches per jaar, het merendeel valt in de herfst), veroorzaakt dat in deze omgeving veel vochtigheid in de lucht, vandaar de naam “misty fjords”. Alleen, toen wij er waren was bijna alle sneeuw al gesmolten en had het al dagen niet geregend, dus de misty fjords waren in het geheel niet misty en de watervallen waren gereduceerd tot zielige stroompjes. Maar een prachtige natuur was het zeker en met het mooie weer erbij, hebben we ervan genoten.

Kapitein George Vancouver heeft in 1793 op zin schip de Discovery in deze wateren rondgevaren op zoek naar en noordelijke doorgang en veel van de eilanden en fjorden in kaart gebracht en ze hun huidige naam gegeven. Zo ook New Eddystone Rock (op een van de foto’s), waarover Vancouver in zijn scheepsjournaal schreef: ”we saw the remarkable rock resembling a ship under sail”

Op een van de andere foto’s staat een kaart. Ketchikan staat links in het midden en Rudyerd Bay ons verste punt staat rechtsboven op de kaart.

Omdat de Noordam om drie uur ’s middags alweer zou vertrekken, en de tocht zo’n vier uur had geduurd, was er weinig tijd meer om Ketchikan te bewonderen. Nu viel daar ook niet veel te beleven, want als stadje stelt het niet veel voor. Waar ik wel blij mee was: er was een horlogezaak, waar ze een nieuw batterijtje in mijn horloge gedaan hebben.

Met twee passagiers minder (een echtpaar was niet op tijd aan boord en had letterlijk de boot gemist) vertrokken we naar Juneau

PS Vandaag voor het eerst met een niet-Amerikaans (Canadees) echtpaar aan tafel gezeten. Er blijken overigens maar 15 Nederlandse passagiers aan boord te zijn, waarvan we er overigens nog niet één ontmoet hebben.