Sea to Sky, Stanleypark en stoomklok.

25 juni 2016 - Vancouver, Canada

Het zat niet mee, het regende gisterenochtend (vrijdag) weer. We hadden afgesproken vandaag de huurauto weer in te leveren, dus de enige mogelijk om nog een eindje te rijden was gisteren.  We zijn dus toch maar op pad gegaan naar het noorden. Over de mooie, maar zeer druk bereden Lions Gate Bridge, via Highway nr 99 (ook wel de Sea to Sky Highway genoemd) naar Whistler. Wederom een prachtige weg met onderweg spectaculaire vergezichten (waar we op de weg terug, dank zij verbeterde weersomstandigheden veel meer van konden genieten). Onderweg kom je veel borden tegen waarop de namen van plaatsen, rivieren etc (net als bij ons in Friesland) in twee talen voorkomen. Zo ligt halverwege Whistler het plaatsje Squamish of Skwxwú7mesh (die 7 schijnt er echt in te horen! En volgens Wikipedia klinkt het als skwochomesj)). De tweede taal wordt gesproken door de Squamish people, maar wederom volgens Wikipedia zijn er nog maar 10 mensen die het vloeiend spreken.

In Squamish was onze bedoeling om met de “gondola” (kabelbaan) de berg op te gaan, maar het uitzicht was door het weer zo slecht, dat ons dat een zinloze activiteit leek. Door naar Whistler (Sḵwiḵw), in de winter een belangrijk skigebied in Canada. Ook in de zomer blijkt er geskied te worden, we zagen tenminste mensen met ski’s op hun schouder in skipak door het dorp lopen en ook de man met been in gips en op krukken ontbrak niet.

Vlak voor Whistler zijn we nog naar de waterval in de Brandywine gewandeld. In Whistler zelf klaarde het weer op. We hebben wat rondgelopen en gegeten en daarna weer terug (we waren benieuwd naar de vrijdagmiddagspits in Vancouver). Richting Whistler was het nu erg druk, het leek wel of een groot deel van Vancouver het weekend in de bergen ging doorbrengen. Dan valt je ook op hoeveel pick-ups hier rondrijden (naar schatting was 1 op de 5 auto’s die we tegenkwamen een pick-up). Verder bijna alleen maar “bakbeesten”; gewone sedans zijn echt in de minderheid (daar zijn dan ook speciale parkeerplekken voor, waar “small cars” bij staat).

Terug in Vancouver was de enige file die voor de Lions Gate Bridge, waar 4 rijbanen moeten ritsen tot één rijbaan op de brug. De andere kant gaan twee rijstroken de stad uit.

Vanochtend zijn we vóór het inleveren van de auto (wat overigens geen enkel probleem was, ondanks het feit dat we een andere auto inleverden dan we meegenomen hadden), nog naar Stanleypark geweest. Hét grote stadspark van Vancouver, dat overigens meer op een bos leek dan een park.

Zonder auto zijn we de gezellige zaterdagmiddagdrukte van Vancouver ingedoken. Door de PC Hoofdstraat van Vancouver, Robson Street, dwars door de menigte die van het Vancouver Jazz Festival aan het genieten was, naar Water Street, waar een door stoom aangedreven klok te vinden is. Elk kwartier blaast hij via de vier stoomfluiten aan de bovenkant een melodietje. Nog nooit gezien. Daarna langs de prachtig aangelegde boulevard, die vanaf het centrum helemaal doorloopt tot onder de Lions Gate brug door, terug naar het hotel. (Vancouver doet ons erg aan Sydney denken, dezelfde soort hoogbouw, hetzelfde modern aandoende gebied rondom het water, dezelfde reinheid…)

Morgen laten we ons met een taxi bij de Cruise Terminal afzetten voor het tweede gedeelte van de reis.